Winter

december – januari – februari

Alleen maar files,
vanaf Hilversum tot mijn
huis in Middenmeer.
27-02

Het hangt in de lucht,
Ik ruik het, snuif nog eens diep:
voorjaar komt eraan!
23-02

Wauw! Het eerste veld
citroengele krokussen
knalt je tegemoet.
21-02

Teleurgesteld staat hij daar,
de reiger kijkt sip:
de vijver is bevroren.
19-02

Wat kan ik schrijven?
Fonkelingen in de zon
is al wat ik zie!
19-02

Als in gedachten
verzonken: bij de vijver
een deftige reiger.
13-04

Op een grijze dag
regent het ijspegeltjes
snijdend door de wind.
11-02

We zoeven over
’s Heeren wegen, genietend
van een dagje uit.
08-02

Even stilstaan
bij de vaart, ijzige wind
snijdt in mijn gezicht.
07-02

Alleen op de wereld.
In de verte een paar auto’s,
wat vogels, overvliegende ganzen,
een kwaaie ekster als ik langs loop.
Niets dan stilte in de mist.

07-02-25

Een teer schilderij,
de nevelige morgen
boven het kanaal

03-02-25

Licht dat in water
-zo helder!- weerschijnt, verlicht
het duister dat was.

02-02-25

De laagstaande zon
filtert door de bomen een
schaduwzebrapad.

01-02-25

Winterse takken
tekenen weerspiegeld een
golvend lijnenspel.

01-02-25

De zon gaat onder
in een uitbarsting van vuur
achter het weiland.

31-01-25

Een gouden randje!
Achter de zwarte wolk speelt
de zon kiekeboe.

31-01-25

Fel zonlicht schittert,
het beijzelde trottoir
is oogverblindend.

29-01-25

Er zijn sneeuwklokjes!
In de modderige prut
witte lichtpuntjes

28-01-25

Een grote happer
sloopt de brandweerkazerne.
Klaar terwijl u wacht.

28-01-25

Roze tevreden
in de januarizon:
de camelia.

09-01-25

Luid gekrakeel klinkt
hoog in de grauw-grijze lucht.
Ganzen smeren ‘m.

29-12-24

In de toekomst (dus
vanaf morgen) maak ik meer
tijd om te schrijven,
om elke dag een haiku
of zandkasteel te bouwen.

Ooit een gewoonte,
maar even snel vergeten.
Het schonk me ruimte,
rust in mijn hoofd, een gevoel
van trots en zelfvertrouwen.

Dus vanaf morgen
ga ik ze weer schrijven, die
miniatuurtjes.
Glinsterende momenten,
fonkelingen in het zand.

15-12-24

Wederom stormt het.
Golven erwtensoepwater
slaan over de stoep.
Weer ligt er een boom gestrekt
dwars over het wandelpad…

06-12-24

Schrikkeldag. Regen
roffelt tegen de ruiten.
Waar blijft de zomer?

29-02-24

Vinkjes, koolmezen
en een roodborstje fluiten.
Vlaamse Gaai wacht af….

27-02-24

Ze hakketakken
erop los: spechten hebben
de lentekriebels.

26-02-24

Toeren door drassig,
troosteloos windmolenland
op ma’s verjaardag.

24-02-24

Sombere dagen.
Bescheiden bloeit de sleedoorn
witte sterretjes.

23-02-24

Ze bakkeleien
in de heg: mussen met het
voorjaar in de bol.

16-02-24

Elke dag schrijven.
Drie of vier regels leven,
met een beetje licht.

14-02-24

Geplukt uit de tuin
ter herinnering aan Ma.
Ze hield van rozen.

26-01-24

De zon gaat onder!
Vurig slot van een saaie
doordeweekse dag.

20-01-24

Treurig ligt hij daar
de achtergelaten hond
wachtend op zijn baas.

12-01-24

Bijna bloeien ze!
De schoenlappers in de tuin
kleuren zachtroze.

04-02-23

Samen lopen we
in de winter in de mist.
Stil: de specht hamert.

21-01-23

Bevroren landschap,
kruiend ijs zingt in het vaart.
De brug luistert stil.

14-12-22

Het is hier ánders
mooi, even mooi maar anders
dan in ’t oude Gooi..

02-02-22

De kleur van afscheid
tekent een heel nieuw begin
tussen ‘t dode blad.

28-01-22

Huiverend onder
een dun laagje poedersneeuw
slaapt de perenboom.

16-01-21

Een mistige dag,
de zon breekt door de wolken
boven het water.
Het nieuwe jaar zal lichten
voor wie door de mist heen kijkt.

02-01-21

Oudjaar met elkaar
zonder gasten of vuurwerk.
Een heel raar oudjaar

31-12-20

Frituurvet spettert,
de oliebollen draaien
zichzelf om en om.

31-12-20

Champagnekurk knalt
bruisend’ bubbels in een glas,
vloeibaar zonnelicht.

30-12-20

Een dun vliesje ijs
heeft het herfstblad bevroren
in het vogelbad.

06-12-20

Een beetje vreugde
in deze donkere maand
overal lichtjes.

07-12-20

Snerpend spatten de
gillende keukenmeiden
uiteen in sterren.

25-11-20

Vandaag schrikkeldag
het duurt dus nog wat langer
voor het zomer wordt.

29-02-20

Hier in Middenmeer
is de paddentrek onder
de garagedeur.

28-02-20

Nog altijd doet storm
het huis, de tuin, de bomen
hardhandig beven.

16-02-20

De storm Ciara
razend als een dolleman
sollend met bomen.

09-02-20

Eindelijk is daar
de zon, het donker verdwijnt.
Het zou tijd worden.

05-02-20

Storm raast langs het huis
glas rammelt in het kozijn:
winter in Holland.

31-01-20

Pikzwarte wolken
razen voort als struikrovers
op de vlucht met de buit
Voortgejaagd door boze wind
betrapt door de scherpe zon.

29-01-20

Weer zo’n grijze dag
kleuren mis ik nog het meest
kleuren geven kraak
aan deze smakeloze wereld
vandaag is skrakeloos

21-01-20

Oranje meeuwen
tegen de lichte wolken.
De zon gaat onder.

20-01-20

Mistroostig druppelt
de regen langs het venster.
Winter in Holland.

14-01-20

Het razende zand
ritselt om mijn voeten. Hoor,
zo waait windkracht 8.

13-01-20

De winterjasmijn
gloeit helgeel tegen de muur.
De winterzon bloeit.

11-01-20

Vogelvlucht

Een wijde pijlvorm
haast zich door de grijze lucht:
roepende ganzen.
Snel! Snel! Haast je snel verder
ver zuidwaarts wacht de warmte.

03-01-20

De kerstboom ontdaan
van al zijn schoon, de takken
zonder ballen leeg.

01-01-20

Na de gesloten vensters
zijn er weer open deuren.

In glinsterend licht
en uitbundige kleuren
komt nieuwjaar in zicht.

10-12-19

December

Naast de open haard
als tere Japanse prent
de laatste roosjes

07-12-19

Vroeg in de morgen
brandt de grote rode zon
gaten in de mist.

05-12-19

Zo boven weerschijnt
beneden op spiegelglad
wateroppervlak,
stralend zinkt de lentedag
zachtjes naar de horizon.

24-02-19

En nog is het niet
voorbij, de lente bloeit voort
in kleuren getooid.

20-02-19

De zwarte nacht valt
vol sombere wolken, met
donkere takken
als kanten silhouetten.
Zwart wordt door de maan weer licht.

19-02-19

Voorjaar in het dorp,
kleuren onder de bomen:
krokuscarnaval!

14-02-19

Onverstoorbaar stroomt
gestaag als de tijd schijnbaar
het stilstaand water.

24-12-18

Hoopvol rijst de zon,
licht onder zware wolken.
Ver raast de snelweg.

04-12-18

Herfstweer.

Mistige flarden
regendruppelvitrages
waaien door de straat.

Het strand vol met schuim
de zee blaast bellen over
het verlaten zand.

02-12-18

Haastend onderweg.
Kleurige zonsondergang
maant je tot stilstaan.

22-02-18

De Elfeendenbocht
spiegelend op het water,
na één nachtje vorst.

21-02-18

Geen Elfstedentocht,
enkel een dun vliesje ijs
bibbert op de vaart.

07-02-18

Voorjaarsschemering.
Wandelend langs de bootjes
niets meer te wensen.

06-02-18

Ook zonder de sneeuw
reikhalzen witte klokjes
naar de lentezon.

06-02-18

De dagen lengen,
het lijkt of licht het leven
wat hoopvoller maakt.

31-01-18

De vijver spiegelt
in diepzwart de volle maan:
de nacht bevroren.

31-01-18

toen, in 2004

Het rode fietsje
remt tevergeefs: het hekje
mocht niet meer baten.

Kind gered door meertouwen,
fietsje belandt in ’t kanaal.

22-01-18

Dictator:

De pimpelmeesjes
worden getiranniseerd
door één roodborstje,

al is er meer dan genoeg
te eten voor iedereen.

15-01-18

Iedereen is gelijk (in de winter)

Er is gepekeld,
de witte Maserati
wordt donkergrijs.

04-01-18

Kijk in lucht en licht.
Morgenvroeg: een schoon nieuw jaar
opent dag voor dag.

31-12-17

Sterren. Geboren
uit rook en vuur schitteren
stralende kleuren.

Met een knal verdwijnt oudjaar.
In stilte verschijnt vertrouwen.

31-12-17

Fel knipperlicht:
de zon speelt verstoppertje
in de winterlucht.

26-12-17

Winterwaaibomendag.
De borstel moet orde brengen
in de chaos op mijn hoofd.

26-12-17

← ga naar najaar

ga naar overig →