Vandaag is het woensdag 15 juni. We zijn al een aantal dagen op pad en onderweg, pas nu heb ik de rust en tijd om een ordentelijk blog in elkaar te flansen. Ik ga de reis niet in detail uitspellen, dat lijkt me bijzonder irritant om te lezen. Picknick hier, picknick daar… Ik hoop het te beperken.

Zaterdag vertrekken we kallumpiesan met zonnig weer en een lekkere temperatuur. Koeteldekoet over de autoroute tot Namen. Hierna gaan we de snelweg af, het dak klappen we half open, verder in de richting Bouillon. Jawel, onze eerste camping bevindt zich in de Ardennen. Iets wat we nog nóóit gedaan hebben, kamperen in België.

Op Camping Maka worden we vriendelijk welkom geheten. We kiezen voor een plek die zo scheef is als wat, maar heel open -dus zonnig- met een fraai uitzicht. In de bloedhitte, de wind is inmiddels weg, zetten we de tent op. Het gevecht met de bedden win ik met pijn en moeite. Als alles zo ongeveer op zijn plek staat, eten we bij het restaurantje en de rest van de avond puffen we uit. Gewoon buiten, hoewel met vest en lange broek aan. Alles wordt klam en vochtig. Ravi ziet eruit als een natte suikerspin.

Zondag schijnt de zon al vroeg als een malle. Broodje halen en ijsblokken wisselen. Dan is er thee. En nog meer thee. En dan koffie. En nog meer koffie. Met een stroepwaffel. Na het avondrood en de rokende kampvuurtjes van gisteravond komen we vandaag een beetje bij. De schoongewaaide hemel kan zowat niet blauwer; boven het uitzicht zweeft een roofvogel op de thermiek van het opwarmende bos.

Na al die koffie ondernemen we een struintocht van 5 km. Door manshoog gras, brandnetels en bramen ontwijkend, komen we bij de Gespleten Rots (La Roche Percée). Het avontuur stuurt ons het bos in, onder kilometershoge kromme dennen door, langs hectometerpaaltjes van vingerhoedskruid. Ravi koelt dankbaar af in de modderstroompjes. Tenslotte keren we door de gebarsten steenklomp tentwaarts. Score: natte sokken, blubberschoenen en een tweekleurige hond. Droogt wel. Eerst drinken.

De volgende morgen moet ik er al vroeg uit, de natuur roept. Letterlijk ook. Het is een uur of 5, het is al licht. Damp golft boven de Sémois, een miljoenenkoor van vogels schalt door het dal. Ik geniet, stil, in mijzelf. Zonder smartphone om het geheel vast te leggen. Dit is voor mij alleen.

Het is een bewolktere dag. We parkeren de auto bij het kasteelfort in Bouillon, het carillon speelt Alle Menschen werden Brüder. Fascinerend. We mogen met Ravi helaas niet het kasteel binnen. De reden spreekt voor zich: grote roofvogel-show en klein wit hondje is geen goede combinatie. De koffie met uitzicht smaakt er niet minder om.

De weg voert voort, over een voormalige tabaks(smokkel)route. Bij het uitzichtpunt trekt Gijs de handrem erdoorheen. Met veel brute kracht wordt het terug op zijn plek gezet. We kronkelen langs Rochehaut. Bij een stopplek in het golvende landschap… zakt Gijs door de voorbank. En als we met een provisorisch opgehoogde stoel verder rijden, knippert het remvloeistoflampje. Aaarrgghh!!

In het voorbijgaan zie ik bij een garage na Orval een grijze Charleston staan. Die móet theoretisch de goeie remvloeistof hebben. 2€ armer en dat is gefikst. Op de camping trekt Gijs de hele auto uit elkaar en gaat stoelen matten met de inderhaast gekochte spanbanden. Hopelijk houdt het. De schroef van de handrem wordt aangedraaid, een paar keer geprobeerd en dat zit eveneens weer veilig in elkaar.

Pfoe. Spannende route… met recht.

PS: Onze reis houd ik bij in Polarsteps. Download de app op je mobiel, stuur mij een volg-verzoek dan kun je ook de globale routes, inclusief onze wandeling(en), van dag tot dag volgen op je smartphone. Dat kan ook via je pc, zie bijvoorbeeld deze link.


%d bloggers liken dit: