Ku(n)stroute Zijpe lonkt in de zon. De middag is al een end gevorderd als Diana en ik het verbazingwekkend rustige strand op lopen.
De zon schijnt fel, de lucht is hoog en blauw, de zee raast in lange golfslagen over onze voeten. Zo breed, zo schoon, zo zacht is het zand. De fluorescerende kwallen ontwijkend, kletsen we ons door de vloedlijn.
Kunstwerken die transparant afsteken tegen de blauwe lucht, wat zouden ze voorstellen, weet jij het, ik niet, wat staat er op het minuscule bordje? Een foto linksom, met het duin erachter, nee, dan staat er een prullenbak in de weg. Als die mensen nu eens doorlopen, dan staan ze niet op mijn foto. Vanaf de andere kant bekijken dan, maar daar liggen weer badgasten. Ach, wabi sabi, de kunst van het imperfecte, dan staat die prullenbak maar op de foto, dan liggen die mensen maar in de weg.
We nestelen ons op een terras met een colaatje behaaglijk in de zon. Voor ons op de balustrade steken twee metalen steltlopers af tegen de indigoblauwe lucht. Schelpen fonkelen in het zand.
Niet tegengehouden door spierpijn in de kuiten van het mulle zand, stappen we dezelfde avond op de fiets om naar de Nachtmarkt van Kolhorn te gaan.
Op de meewindfietsen banen we ons een weg door de ‘ecologische bermen’ aan weerszij van het fietspad, nu geen kwallen maar brandnetels ontwijkend die onze blote benen belagen.
Blij dat we niet met de auto zijn gegaan -we zien de drukte al van veraf-, stallen we de fietsen tegen een hek en mengen ons tussen de meutes die al langs de kramen slenteren. Wat een volk, zo vroeg in de avond, wat een verschil met de rust ’s middags op het strand.
De favoriete dropkraam wordt geplunderd, dat is traditie. Tussen de huisjes met hun overtuintjes aan het water worden we in de file richting het kerkplein gedreven.
Harmonie De Eendracht zit in volle zon te spelen maar wij zijn de enigen die voor applaus zorgen. Vreemd?
Het begint te schemeren, we hebben genoeg gezien en het wordt fris. Bij de fiets trekken we gauw de jassen aan. Een sjaal moet me tegen de invasies van knutten beschermen, ik ken dat. Langs de vaart, tussen het struikgewas en het hoge gras zwermen miljoenen beestjes. Een goed gesprek is nu lastig voor de vegetariër.
Tegen half 11 zijn we voldaan weer thuis, nog steeds niet uitgepraat…