In de trein schuift een grijze wereld aan me voorbij.
In het treinstel brandt de kachel, buiten is het stil en koud.
Zo, zachtjes, glijden wij over het spoor aan het land voorbij.
Ik ben onderweg naar Amsterdam voor een bezoek aan de Embassy of the Free Mind, een museumbibliotheek gebaseerd op het gedachtegoed van de Bibliotheca Philosophica Hermetica. Het museum is gehuisvest in het 17e-eeuwse Huis met de Hoofden.
De rondleiding vandaag gaat over de historie van het stadspaleis. Wat is de geschiedenis van de mensen die er leefden, woonden, werkten en wat is er nog van terug te vinden? Wat zijn dat dan voor hoofden?
Om daarmee te beginnen: die hoofden op de gevel, het zijn er zes, verbeelden de Romeinse goden Apollo, Ceres, Bacchus en Diana. In het midden, links en rechts boven de centrale ingang staan Mercurius, god van de handel, en Minerva, godin van de wijsheid. Het woonhuis van een wijze koopman.
Stap voor stap ondergaat het gebouw een nauwgezette restauratie waarbij de oude stijlkenmerken in oude glorie teruggebracht of zoveel mogelijk hersteld worden. In de loop der eeuwen zijn er een aantal veranderingen geweest, maar het karakter en plattegrond van het huis zijn goed bewaard gebleven. Marmeren vloertegels worden opnieuw gelegd, hoge houten balkenplafonds zijn tevoorschijn gekomen boven verlaagde gipsplafonnetjes, originele kleuren verf sieren weer de muren. De goudlederen wandbedekkingen van toentertijd moeten we er maar bij bedenken.
Nog niet het hele grachtenpand is opengesteld voor publiek, alleen de zogenaamde bel-etage boven het souterrain en de eerste verdieping. De vroegere ‘salon’ is nu een cafeetje waar goeie cappuccino geschonken wordt en elke dag verse zelfgemaakte appeltaart te krijgen is.
Na de ontvangsthal en door een hoge ‘toegangspoort’ kom je bij de Grote Sael met een gigantische originele schouw met het familiewapen. Een mooie zaal voor lunchconcertjes, lezingen of bijeenkomsten. Er staan grote tafels waaraan je in alle rust kunt studeren met uitzicht op de stadstuin waarin nu duizenden tulpenbollen wachten op de lente.
In de Kleine Sael staat de ‘Graal van Amsterdam’. Het grote kunstwerk, dat is gemaakt door de Russische lakminiatuurschilder Oleg An, bestaat uit twee gespiegelde bekers waarop in twaalf miniaturen de traditie van de Graal wordt verteld.
Bovenaan de trap zijn de zalen ingericht als studeervertrekken met grote tafels. Studenten en onderzoekers kunnen hier werken, gebruik makend van de boeken die in de diverse kasten en de leeszaal beschikbaar zijn. Her en der staan vitrines met een keur aan geschriften, elke vitrine met een eigen thema. De kleinere ruimtes en die leeszaal zijn helaas voor besloten vergaderingen in gebruik, pas om vijf uur lukt het me om door een openstaande deur gauw nog een blik te werpen op een kastenwand met boeken.
Er valt zoveel meer te vertellen over dit museum dan dit korte stukje: dat Dan Brown het in 2017 geopend heeft, over familie De Geer, de bewoners die in de 17e eeuw boekenverzamelaars en beschermers van vrijdenkers en filosofen waren, dat bijvoorbeeld Comenius er gewoond en gewerkt heeft.
Maar bovenal over het vrije denken, het vermogen om autonoom, vrij, zonder welke grenzen dan ook eigen gedachten en ideeën vorm te geven en hoe dat in de loop der eeuwen in boeken en geschriften is opgetekend.
Aan alle wanden zijn prachtige reproducties opgehangen. Zo krijg je toch een kleine indruk van de schat van ruim 25.000 boeken en handschriften die zich in de kelder bevinden. Die onzichtbare geschriften intrigeren me. Voor een volgend bezoek zal ik proberen de rondleiding ‘Het oude boek’ te reserveren.
Wordt dus hopelijk vervolgd….
meer informatie is te vinden op: https://embassyofthefreemind.com