2017, de zomer van kanteling. Van warmte, vriendschap, verdieping. Van afstand en afscheid. Een heftig jaar, een heftige zomer. De zuiderzon brandde. Letterlijk.
Alle paden en brandgangen waar we voorheen kilometers ver de heuvels in liepen, alles was afgesloten voor wandelaars. Wandelen werd een duffe bedoening over saaie wegen. Na maanden van droogte, van harde wind en veel zon brandde het land, van Nice naar Cannes naar Fréjus naar Cap Lardier naar Bormes les Mimosas en Le Lavandou. En wij zaten er middenin. De sirenes bleven loeien, de helikopters en de Canadairs bleven overvliegen met hun lage geronk, hun lading bluswater boven het natuurreservaat uitstortend. Vanaf de camping keken we naar de dikke rookwolken. Onze thuishaven was ineens niet zo’n heel veilige plek meer, 20 kilometer hemelsbreed leek ineens angstwekkend dichtbij.
Het was een vreemde wind die waaide.
Wat wás dit??!
Adieu met een big bang?
Een voorbode voor de rest van dit enerverende jaar?
Een slotvuurwerk voor de voorgaande zeven turbulente maanden?
Nix verbaasde me nog.
Het liep niet zo’n vaart. Een jaar later lopen we weer op de punt van Cap Lardier. Grote kaalgeslagen plekken. Half-verkoolde parasol-dennen die toch weer een groene kroon hebben. Rotsige plekken waar alweer groene bloeiende struikjes in de wind wuiven. Deze punt in de zee, waar de Romeinen vuurtorens bouwden en de geallieerden met operatie Dragoon op 15 augustus 1944 aan land kwamen, dit beschermde kustgebied heeft al zoveel overwonnen.
Natuur herstelt.